De Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) bevat geen specifieke verplichting voor ondernemingen en organisaties om jaarlijks een gegevensbeschermingsrapport te maken. In plaats daarvan legt de AVG algemene verantwoordelijkheden op aan ondernemingen en organisaties met betrekking tot gegevensbescherming. ondernemingen en organisaties moeten passende maatregelen nemen om de privacy van persoonsgegevens te waarborgen, maar de verordening specificeert niet dat ze jaarlijkse rapporten moeten opstellen.
Toch kan het nuttig zijn voor ondernemingen en organisaties om periodiek verslag uit te brengen over hun gegevensbeschermingsactiviteiten, met inbegrip van de implementatie van privacybeleid, gegevensbeveiligingsmaatregelen en naleving van de AVG. Dergelijke rapporten kunnen helpen bij het aantonen van de inzet voor gegevensbescherming en kunnen nuttig zijn in communicatie met toezichthoudende autoriteiten en belanghebbenden.
Hoewel de AVG geen jaarlijkse rapportagevereiste oplegt, kunnen nationale wetgevingen en toezichthoudende autoriteiten specifieke rapportagevereisten en richtlijnen vaststellen. Het is belangrijk om de nationale wetgeving en richtlijnen in uw specifieke rechtsgebied te raadplegen om inzicht te verkrijgen of er enige verplichting is met betrekking tot het regelmatig opmaken van gegevensbeschermingsrapporten.
Bovendien kan het goede praktijk zijn om regelmatig interne rapporten / verslagen op te stellen om de voortgang en effectiviteit van gegevensbeschermingsmaatregelen te evalueren en te verbeteren, zelfs als er geen wettelijke verplichting is om dit jaarlijks te doen. Een dergelijke periodieke beoordeling kan ondernemingen en organisaties helpen om hun gegevensbeschermingsprogramma’s continu te verbeteren en aan te passen aan veranderende omstandigheden en dreigingen.